© Pieter Apers
De fluitist en de pianist hebben Europa jarenlang in alle richtingen doorkruist en brengen ons nu, op een andere manier, hun muziek die telkens weer melodieus, poëtisch en lyrisch is. Dankzij hun goede verstandhouding kunnen de twee muzikanten hun vluchtige improvisaties en vertolkingen die vaak op de natuur geïnspireerd zijn nog meer de vrije loop laten.
Ha, de charme van de klassieke of de hedendaagse muziek die zich laat inpakken door de jazz en de impro. Onweerstaanbaar zijn die momenten waarop de geest opvliegt en gaat ronddwalen in het ritme van de ontembare fluit die rondfladdert op aaneenschakelingen van bevrijde akkoorden. Mag je een vogel gevangenhouden in een kooi als hij een heel park in vervoering kan brengen? De muziek van dit duo bedient zich rijkelijk van zijsprongen en improvisaties vol lyriek en poëzie. De verwijzingen naar de fauvisten en de impressionisten en naar de dichters van het begin van de vorige eeuw dienen steeds een doel in hun vaak bucolische, soms wat zwaarmoedigere en altijd suggestieve jazz. Het duo voert nu eens kleine muzikale handelingen en dan weer uitvoerigere en spontanere missies uit die steevast uitmonden in mooie dialogen vol dromen. En dat alles wordt gesublimeerd door een jazz die valselijk als kamermuziek aandoet. Reken maar op verfijning en elegantie. En op verrukking. Welkom.
ALBUM : ‘Ephémère’ (Indie, 01.2023)